Skip to end of metadata
Go to start of metadata

You are viewing an old version of this page. View the current version.

Compare with Current View Page History

Version 1 Next »

Transplan heeft een koppeling om OTM orders in Transplan te importeren. Deze pagina beschrijft hoe de OTM koppeling werkt.

De OTM orders worden in een JSON formaat aangeboden aan Transplan en verwerkt. Er zijn verschillende OTM stromen die ondersteund wordt. Dit zijn o.a. Jumbo, Albert Heijn, Detailresult en Planned Trip Service (PTS) van Ahold.

Voor elke stroom is er een mogelijkheid om deze in Transplan te beheren. De stroom kan aan / uit gezet worden of o.b.v. kenmerken in het OTM bericht kan een specifieke klant / planafdeling / ordersoort gekoppeld worden.

OTM5 inkomende orders

Om de verschillende datastromen vanuit OTM te kunnen beheren is in Transplan het scherm OTM5 inkomende orders beschikbaar (via Transplan - Statische data).

Om dit scherm te kunnen openen moet je open en bewerken rechten hebben voor Statische data > OTM5 inkomende orders

Op dit scherm kan per OTM stroom het volgende ingeregeld worden:

  • Filter om o.b.v. een waarde uit het OTM bericht te matchen.

  • Klant koppeling

  • Sjabloon om een ritomschrijving samen te stellen.

  • Orderregel per ritactiviteit

  • Planafdeling koppeling

  • Routenummer overnemen

  • Ordersoort koppeling

  • Omschrijving (dit is alleen voor herkenning en om een naam te geven aan een bepaalde stroom).

Bij de velden debiteur, planafdeling en ordersoort kan per stroom de betreffende waarde in Transplan gekoppeld worden.

Wanneer het vinkje Routenummer overnemen is aangevinkt, dan wordt het routenummer van de order/rit overgenomen uit het attribuut customer_data_taskNumber uit het OTM bericht. Als deze waarde geen numerieke waarde bevat, dan blijft het routenummer leeg (NULL) en wordt in de HUB de standaard werking toegepast en wordt het ordernummer als routenummer gevuld bij zowel de order als de rit.

Als de optie orderregel per ritactiviteit aangevinkt is, dan wordt van elke action binnen een stop een orderregel aangemaakt in Transplan. Van de volgende actions wordt dan een orderregel aangemaakt:

  • Load action (wordt LA stop in Transplan)

  • Unload action (wordt LO stop in Transplan)

  • Break action (wordt Pauze in Transplan)

  • Wait action (wordt Wachten in Transplan)

In het veld Ritomschrijving sjabloon kan de opbouw van de ritomschrijving ingesteld worden. Hier kan tekst ingevuld worden alsook zogenaamde ‘placeholders' (herkenbaar door de { en } tekens). Deze placeholders worden vervangen door data uit het OTM bericht (indien beschikbaar). Zie Placeholders voor beschikbare placeholders en waar de data uit het OTM bericht wordt gelezen.

Met het veld filtersjabloon en filterwaarde kan bepaald worden o.b.v. data uit het OTM bericht welke mapping wordt toegepast. In het filtersjabloon kunnen dezelfde placeholders toegepast worden als bij de ritomschrijving sjabloon. Bij filterwaarde kan ook een wildcard ( * ) ingevuld worden. Op dit moment ondersteunen we alleen een wildcard aan het einde van de filterwaarde (bijv. RDC*).

Als er geen match gevonden kan worden o.b.v. filtersjabloon en filterwaarde, dan wordt er een standaard een regel aangemaakt. Deze regel wordt standaard op niet actief gezet.

Placeholders

In onderstaande tabel een overzicht met de placeholders die beschikbaar zijn om te gebruiken in de velden filtersjabloon en ritomschrijving sjabloon. Als voor een placeholder geen data gevonden kan worden in het OTM bericht, dan wordt de placeholder vervangen door een lege waarde.

Veld in Transplan

Veld in OTM bericht

adresnamen

name van elke stop (alleen in omschrijving functioneel; niet in filter)

afdeling

eerste beschikbaar uit: department / rateReference / eerste deel van name, tot symbool '|', spatie, '/'

carriercode

actor met rol carrier, daarvan code uit de externalAattributes

eerste_dc_stad

city van eerste locatie met 'type' 'warehouse'

externe_reservering

reservationExternalNumber uit de externalAttributes van de trip.

kenteken

licenseplate uit entiteit vehicle

laatste_dc_stad

Plaats van de laatste locatie van 'type' 'warehouse'

opdrachtnummer

eerste beschikbaar uit: externalAttributes.Customer_data_taskNumber of externalAttributes.taskNumber

moeilijkheidsgraad

Alleen voor AH PTS. De hoogste moeilijkheidsgraad van alle niet DC stops. De moeilijksheidsgraad komt uit property location.ExternalAttributes.stopComplexity. Hieronder de de moeilijkheidsgraad van laag naar hoog:

  1. Regular

  2. Moderate

  3. Hard

  4. BP

  5. NB (niet bekend, dus uitgaan van het moeilijkste).

ritnaam

eerste beschikbaar uit: externalAttributes.displayName en name

planafdeling

planafdeling (alleen AH PTS). Uit ExternalAttributes.planDeparment

product_soort

de verschillende unieke commodity van de eerste DC stop. De commodity bevat bijv. FRESH of AMBIENT. De waarde komt uit load/unlaod.consignment.externalAttributes.commodity

starttijd_rit

PlannedStart of StartDateTime uit externalAttributes van de rit en anders de starttijd van de eerste stop. Formaat is hh24:mi (bijv. 09:15)

status

status van de rit (alleen AH PTS). Uit trip.externalAttributes.status

steden

city van elke stop (alleen in omschrijving functioneel; niet in filter)

taak_opmerking

taskRemark uit externalAttributes van de trip.

trekkertype

eerste beschikbaar uit: externalAttributes.requestedTractorType en vehicle.vehicleType

vlootnummer

externalAttributes.plannedFleetNumberTractor

voertuig_id

vehicleId uit externalAttributes van de entiteit vehicle

voertuigtype

externalAttributes.requestedVehicleType

zending_type

De (unieke) type zendingen (consignment type) van alle stops (gescheiden door een komma).

  • No labels

0 Comments

You are not logged in. Any changes you make will be marked as anonymous. You may want to Log In if you already have an account.